Home
Vereniging
Bestuur
Rassen
Rijnlander
Japanner
Eksterkonijn
Clubcompetitie
1e clubshow
2e clubshow
Fokkersdag
Tekeningrassendag
Lid worden?
Links
Behaalde successen |
Japanner
De
Japanner
De Japanner is ontstaan in Frankrijk.
In Nederland is dit ras in 1907 in de standaard van de NKB
opgenomen.
Land
van oorsprong:
Frankrijk. (ook wel Harlequin Rabbit genoemd).
In Nederland erkend sinds 20 Oktober 1907.
Standaard:
1. Type, bouw en stelling:
Het lichaam is matig gestrekt en goed gevuld in voor- en achterhand. De
kop is
krachtig ontwikkeld met brede snuit, kaken en wangen. De benen zijn
fors en
niet te lang. Het ras is middelhoog gesteld. Een juiste stelling toont
de
aanwezige rasadel. De oren zijn stevig van structuur met lepelvormig
afgeronde
oortoppen, zijn goed behaard en worden V-vormig gedragen. De oorlengte
is 11-
13 cm, ideaal is 12 cm. Het geheel in harmonie met het lichaam. Een
geringe
wamaanzet of halskraagje is alleen toegestaan bij overjarige vrouwelijke
dieren.
2. Gewicht:
Het gewicht bedraagt 3 tot 4 kilo ideaal is een gewicht
van 3,5 tot 3,9
kilo.
3. Pels en pelsconditie:
De pels is van normale lengte, dicht ingeplant en heeft een normale
hoeveelheid
onderhaar.Ideaal is een geheel doorgehaarde pels zonder een dun behaard
of kaal
plekje. De pels moet glanzend en aanliggend zijn. Verharing herkent men
duidelijk aan de oude afstervende haren en het nieuwe krachtige
gekleurde haar,
dat al is waar te nemen. Niet enkele in het rond vliegende haren, maar
flink
loslatend haar is als verharing te beschouwen. Een fraaie pels moet aan
de
volgende voorwaarden voldoen:
- Het
haar moet regelmatig van lengte zijn,
- Het
haar moet goed aanliggen,
- De
verhouding grannen-, dek- en onderhaar moet fraai zijn,
- De
elasticiteit van de grannen- en dekhaar moet stevig zijn,
- De
pels moet glanzen,
- De
pels moet volledig doorgehaard zijn,
- Bij
inblazen mag de huid niet waarneembaar zijn.
4.
Koptekening:
Het ene oor behoort zwart of minstens overwegend donker gekleurd te
zijn. Het
andere oor moet overwegend roodgeel of minstens overwegend deze kleur
te
hebben. De ene kophelft moet zoveel mogelijk zwart of donker en de
andere helft
overwegend roodgeel of gekleurd zijn. De strak belijnde scheidingslijn
loopt
zoveel mogelijk over het midden van de kop. De kleurvelden vormen een
contrast
met de kleur van de oren. Het ideaalbeeld is een roodgeel gekleurd oor
boven
zwart of donkergekleurd kophelft of donkere kophelft en een zwart of
donkergekleurd oor boven een roodgeel gekleurde kophelft.
5.
Lichaamstekening:
Borst en voorbenen mogen aan één zijde gelijk of
averechts gekleurd zijn. De
zwarte of donkere borsthelft met het zwarte of donkere voorbeen onder
de roodgele
kophelft en wederkerig de roodgele borsthelft met het roodgele voorbeen
onder de
zwarte of donkere kophelft. Op de voorzijde gezien is het ideale
kleurenbeeld:
zwart (donker) voorbeen, daarboven een roodgeel oor. Het andere been,
borsthelft, kophelft en oor is averechts gekleurd.
Achter de oren begint op het lichaam de zwarte en roodgele bij voorkeur
doorgaande bandtekening, ook wel zebratekening genoemd. Een
verspringende
bandtekening, zogenaamde bloktekening, is toegestaan. De banden moeten
bij
voorkeur tot op de achterhand doorlopen en strak uitkomen. Indien deze
banden
tot onder de buik doorlopen dan verhogen ze de kwaliteit van het dier.
6.
Kleur:
De kleuren van de tekeningbeelden zijn zuiver intens zwart en roodgeel.
Ze
moeten zo min mogelijk in elkaar overvloeien. Als ideaal wordt het
doorlopen
van de roodgele kleur op de buik en de onderzijde van de staart
beschouwd
(grauwfactor) Bij aanwezigheid van de wildkleurfactoer mogen de gele
banden aan
de buik wit tot crème kleurig zijn. Eveneens geldt dit voor
de binnenzijde van
de voor- en achterbenen. De bovenzijde van de staart en de achterbenen
zijn
gemengd roodgeel en zwart gekleurd. De oogkleur is donkerbruin. De
nagels zijn
hoornkleurig tot donkerhoornkleurig. De snorharen hebben de kleur van
het lichaamsdeel
waarin ze staan.
7. Lichaamsconditie en verzorging:
Het spreekt vanzelf dat op een tentoonstelling of keuring het konijn in
de
beste conditie aanwezig moet zijn. Het lichaam is goed bevleesd en
gespierd en
voelt hard aan. Slappe, magere of te vette dieren zijn ongewenst. De
nagels
zijn regelmatig en evenwijdig met het loopvlak geknipt, zonder het
''leven'' te
raken, ook de duimnagels. Het gehele dier, met name de pels, de
voetzolen, de
nagels, de binnenzijde van de oren, de geslachtsdelen en rondom de anus
moet
schoon zijn. De pels is vrij van klitten. Het oog is helder en tintelt
van
levenslust. Een dier dat aan een keuring mee doet, dient goed getraind
te zijn,
zodat de aanwezige rasadel door een goede stelling wordt getoond.
Lichte fouten:
Geringe afwijking in type. Geringe afwijking in bouw. Gering verschil
tussen
kleur oren. Onscherpe tekeningbeelden. Mengeling van de kleuren op
oren,
voorbenen en banden. In kleur parallel lopen van de tekeningbeelden
(zwart
onder zwart en roodgeel onder roodgeel), behalve borst en voorbenen.
Grote
éénkleurige vlekken op het lichaam. Iets fletse
roodgele kleur. Iets lichte
oogkleur. Iets lichte nagelkleur. Enkele witte snorharen. Iets vuile
zolen,
onderzijde van de staart, of andere delen van de pels. Iets vuile oren.
Iets
vuile geslachtsdelen. Iets vuil rond de anusopening. Iets vuile nagels,
Iets
lange nagels. Iets huidschilfering op de schouders of in de nek. Iets
dun
behaarde hakken. Iets kale plekje(s) welke nog door het omliggende haar
wordt
bedekt.
Zware fouten:
Grote afwijking in type. Grote afwijking in bouw. Het ontbreken van de
koptekening. Minder dan drie kleurvelden (bandkleuren) op
één of op elke zijde.
Foutieve kleuren. Wit op andere lichaamsdelen dan buik, binnenzijde van
de
benen en onderzijde van de staart. Te fletse roodgele kleur. Te lichte
oogkleur. Kleurloze nagel(s). Te veel witte snorharen. Zeer sterke
vervuiling.
Harde mestballetjes aan de nagels. Te vet of te mager, waardoor aan de
conditie
te veel afbreuk wordt gedaan. Zeer lange nagels. Zeer slechte
pelsconditie.
Ernstige huidschilfers op het lichaam. Kale plek(ken) die niet door het
omliggende haar kunnen worden bedekt.
|
|